Autorijden is sinds deze week voor vele bestuurders weer een stuk duurder geworden. De oorzaak? De accijnsverlaging van de overheid vervalt. Lange tijd profiteerde brandstof rijdend Nederland door overheidsingrijpen van lagere brandstofprijzen, maar dit is nu ten einde gekomen. Wat hiervan de gevolgen zijn? Je leest het hier.
Sinds 1 april accijnsverlaging
Eerder berichtte we over de forse verlaging van de brandstofprijzen door overheidsingrijpen. Mede door de oorlog in Oekraïne stegen de brandstofprijzen fors. De overheid probeerde de kosten te verlagen door de accijnzen te verlagen. Dit was een tijdelijke regeling die helaas 1 juli ten einde kwam.
Stijging van de brandstofprijzen
Sinds 1 juli zijn de brandstofprijzen door het stoppen van de accijnsverlaging met meer dan 20 cent per liter gestegen. Waar de benzineprijs langere tijd onder de 2 euro bleef, is deze door het vervallen van de accijnsverlaging boven deze grens uitgekomen. Ook de dieselprijzen zijn door het vervallen van de accijnzen flink gestegen. Hierdoor kan een volle tank meer dan 10 euro duurder uitvallen.
Verwachtingen brandstofprijzen
Helaas zijn de verwachtingen dat het hier niet bij blijft. Door hogere olieprijzen en inflatie is de verwachting dat de brandstofprijzen de komende periode nog flink zullen stijgen. Zo steeg een vat ruwe olie met ruim 5% naar bijna 85 dollar.
Besparen op je brandstofkosten
Doordat de brandstofprijzen momenteel erg hoog liggen en niet iedereen het geluk van een tankpas van de zaak heeft, zoeken mensen naar mogelijkheden om te besparen op de brandstofkosten. Voor heel Nederland geldt er een algemeen adviesprijs voor brandstof. Vaak geven tankstations korting op deze adviesprijzen. De brandstofprijzen bij bemande tankstations langs de snelweg liggen vaak fors hoger dan onbemande tankstations in een stad of dorp. Advies is dan ook juist bij een onbemande tankstation in een dorp of kleine stad te tanken om zo nog enigszins te kunnen besparen op de brandstofkosten.